Word nu lid!

Kampioensfeest

Het eerste seizoen als voorzitter van SV Donar zit er bijna op. Nog een traditionele BBQ op zaterdag 24 juni en dan begint de relatief rustige zomerperiode. Het was een bijzonder en leerzaam seizoen. We hebben met z’n allen de club en de vereniging weer goed op de kaart gezet en mochten voor de zesde keer in het bestaan van Donar het landskampioenschap vieren. De komende maanden zal ondergetekende aan de hand van een thema proberen zaken in historisch perspectief te plaatsen en op die manier meteen ingaan op de actualiteit rond Donar. Deel 1 van deze reeks columns betreft het kampioensfeest.

Ooit, lang geleden, in 1982 werd Donar voor de eerste keer landskampioen. De ploeg wist in de finale af te rekenen met Den Bosch. Een klein feestje na afloop in de foyer van de E-hal, een officiële receptie in Café Havenzicht en later nog een ereronde – en gezandstraalde spelersgroep van Donar – op de Drafbaan in het Stadspark vielen de helden van coach Maarten van Gent ten deel.

Liefst 22 jaar moest Groningen wachten op een nieuwe titel. Ook deze keer was de ploeg van Donar, omgedoopt tot MPC Capitals, te sterk voor Den Bosch. In de Bossche Maaspoort werd ‘in het hol van de leeuw’ de titel gepakt. Op donderdag 27 mei 2004 ging Ton Boot al op de schouders, was er ‘s nachts een heldenonthaal in Groningen en werd er de volgende dag een platte kar de Grote Markt op gereden en vond de huldiging plaats met lovende woorden van burgemeester Jacques Wallage. De afterparty was een besloten feest in Huize Maas met onder andere een zeer uitgelaten Daniël Novak op de dansvloer.

Weer moest de basketbalhoofdstad van Nederland even geduld hebben voor de volgende landstitel er kwam. In 2010 was het Marco ‘in dit hart klopt Donar-bloed’ van den Berg met destijds inmiddels GasTerra Flames die in de finalereeks wist af te rekenen met het Bergen op Zoom van coach Erik Braal. De titel werd in het eigen MartiniPlaza behaald en na afloop worden de fans in de BBC-ruimte uitgenodigd om een eerste feestje mee te vieren. Twee dagen later, op donderdag 27 mei, vond de huldiging plaats op het bordes van de Grote Markt. Burgemeester was destijds Peter Rehwinkel. Na afloop werd een besloten feest gehouden in het Newscafe en bovendien een nieuwe traditie geboren. Een gelimiteerd aantal leden van SV Donar mocht aanwezig zijn bij dit feestje.

Vier jaar later, in 2014, toen was loco-burgemeester Paul de Rook goed te horen op het bordes na opnieuw een gewonnen finaleserie tegen Den Bosch. GasTerra Flames pakte de prijs in de zevende wedstrijd in eigen huis en dus hield de ploeg van coach Ivica Skelin het hoofd koel. De huldiging vond plaats op maandag 2 juni op De Grote Markt, die opnieuw vol stroomde met duizenden basketballiefhebbers. Jason Dourisseau kreeg bovendien de BBC-tribune in MartiniPlaza naar zich vernoemd. Na afloop van de openbare festiviteiten werd het feest in besloten kring, met medewerkers, sponsors, vrijwilligers en fans, voortgezet in de kelder van het Newscafe.

Vorig jaar werd Donar na een gewonnen reeks met Zwolle in de Hanzestad voor de vijfde keer landskampioen. In Zwolle werd op donderdagavond de beslissende vier winstwedstrijd gepakt. Op vrijdagavond 27 mei was het tijd voor de huldiging van Erik Braal en zijn manschappen. Burgemeester Peter den Oudsten sprak zijn burgers toen en meldde dat er vandaag ‘Niets boven Donar gaat’. De festiviteiten voor genodigden vinden na afloop voor het eerst plaats in MartiniPlaza.

Dit jaar, in 2017, wordt Donar opnieuw na een 4-1 overwinning kampioen, deze keer in eigen huis tegen Zwolle. Na afloop wordt al een voorschot genomen op de huldiging van de avond erna. De ploeg van Braal weet de titel voor het eerst te prolongeren en bovendien is het de eerste Nederlandse ploeg die drie hoofdprijzen in één seizoen pakt. Ze worden in het bijzijn van burgemeester Peter den Oudsten alle drie getoond op het bordes aan de duizenden belangstellenden. De spelers van de ploeg worden één voor één naar voren geroepen en verplaatsen zich na afloop voor een feestje naar het Newscafe. Daar mag opnieuw een select gezelschap van fans samen met de medewerkers, sponsors en vrijwilligers van de club de zesde titel meevieren.

Bas Kammenga – voorzitter SV Donar

In voor een Houdini-act, dan is the place to be: MartiniPlaza. De topaffiche is Donar tegen de nummer 1 Landstede. Vroeger een club in de middenmoot. Vorig jaar bijna finalist in de play-offs, nu fier bovenaan. En al heel lang ook.

Het derde kwart is afgelopen en Donar staat achter met 60-64. De 3750 toeschouwers hebben een razend knappe eerste helft gezien. Daarin valt vooral Jessey Voorn op. Heerlijk gerevalideerd bij Donar, daarna vertrokken naar het buitenland, bedankt hij de Groningse supporters met 23 punten. Voor Landstede, dat dan weer wel.

Minder leuk voor de gasten is het uitvallen van Grant Gibbs. Hij wordt nog wel eens gezien als het cement in de ploeg van Landstede, maar zonder hem gaat het ook crescendo. De ploeg legt keer op keer een give-and-go op de vloer, waarmee de Groningse bucket wordt binnen gelopen. Donar krijgt er maar geen grip op. Daarnaast speelt Zwolle slim fysiek. Steeds tegen het randje van het toelaatbare, maar er net niet overheen. Dat doet Donar minder opzichtig, in de ogen van de scheidsrechters en behaalt het dubbele aantal P’s. Dat beide coaches en ook Bubnic op een technische fout worden getrakteerd komt voort uit een paar inconsequente calls. Jammer voor de wedstrijd zoiets.

Beide ploegen werken hard, maar gevoelsmatig steekt Zwolle toch steeds een tandje bij. Zo scoren ze gemakkelijker en juist ook op de belangrijke momenten. Het oogst steviger en zekerder bij de gasten. Er zijn geen slappe handjes en dus ook geen onnodige balverliezen en ook de vrije worpen gaan er gewoon in. Wat dat betreft hebben Bekkering en Dourisseau van Donar geen beste dag. Er gaan zekere punten verloren. Zwolle zet meteen de toon in het laatste kwart. Voorn schiet er maar weer eens een drietje in, gevolgd door een score van Ricardo Glenn (60-69). Het team, want dat is het, heeft weliswaar iets ander personeel dan vorig jaar, maar McWorther is een soort tweede JT Tiller en Glenn doet hetzelfde Joe Burton vorig jaar.

En dan gaat het helemaal mis voor de thuisploeg. Eerst maakt Jeter een loopfout, dan dunkt Craig O en knalt McWorther de gasten naar 60-74. Het Groningse publiek weet het: de Zwollenaren hebben Donar vakkundig opgerold. Het gejuich van de Zwolse supporters is niet van de lucht. Toch komt Donar op kousenvoeten dichterbij. Bij vrije worpen van Will Sullivan komt Donar binnen de 10-puntengrens: 69-78 en een score van Bubnic voor 71-78. Maar potverdraaid, dan wordt er niet opgelet in de rebound en ontfutselt Zwolle meerdere malen de bal aan de Donarspelers Fieler en Bubnic. Gelukkig lukt een drietje van Dourisseau: 74-80. Lance Jeter volgt met een drive, nog een drive en een and-one. Het staat zomaar ineens 79-80. De duimschroeven in de defensie worden aangedraaid, waardoor Landstede een tijdsovertreding in de aanval maakt. Maar oh, die vrije worpen. Bekkering kan Donar voor het eerst in lange tijd op voorsprong brengen, maar mist beide vrije worpen. “Dan doe ik het wel”, moet Steve McWorther aan de overkant gedacht hebben. Zijn score betekent 79-82. Weer krijgt Bekkering vrije worpen en jawel, daar gaat er eentje van in: 80-82. Vervolgens valt Dourisseau de basket aan. De bal gaat er in, maar daar bovenop mag hij ook nog een keer aanleggen voor een vrije worp. Donar staat voor met 83-82.

Er zijn nog zo’n vijf seconden op de klok. Sean Cunningham maakt nog een fout, waardoor Braal met zijn ploeg kan overleggen in de time-out. Het devies is duidelijk: maak geen fout, want dat zou de vijfde Donar-teamfout zijn en dus vrije worpen voor Zwolle. In die wetenschap zou de man met de bal, Steve McWorther, een fout uit kunnen lokken in de laatste aanval van de wedstrijd. Hij penetreert ook de bucket, maar de verdediging van Donar houdt net voldoende afstand. Het schot valt over de basket en wordt gevangen door teamgenoot Ricardo Glenn. Hij staat echter over de achterlijn. Daarmee is de wedstrijd afgelopen en gaat het dak eraf van MartiniPlaza. Dit is een Houdini-act, een thriller van formaat en eentje waarvan menigeen bibberend van emotie de zaal moet hebben verlaten.

Dat is ‘m dan, het debuut van Lance Jeter bij Donar. Nou ja, debuut. Eigenlijk nooit weg geweest, zo lijkt het. De MVP van vorig seizoen stapt gewoon in waar hij gebleven is. Brengt de bal op, verdeelt het spel en scoort en passant 18 punten en heeft 0 (!) turnovers. Kijk, dat scheelt een slok op een borrel. Het grootste pijnpunt van de afgelopen tijd weggenomen dus!

Teruggekomen van de Mitteldeutscher heeft hij een voortreffelijk eerste optreden. Duidelijk minder dik dan eind seizoen, komt hij aan in prima vorm. Naast een bijzonder aardig persoon is LL Cool J op het veld gewoon een klasbak. Het Donarseizoen is begonnen.

Op de Donarhistoriedag start, de wederom prima spelende, Ross Bekkering met de 2-0, maar hipster Ties Theeuwkens doet wat hij ook bij Donar gewend was, antwoorden met een drietje. Een prachtactie volgt: Dourisseau passt naar Bekkering voor een denderende alley-oop. Vervolgens gaat Jeter coast tot coast voor 6-3, maar de prima spelende Lashard Anderson maakt voor Rotterdam gelijk: 6-6. Bij Sean Cunningham en Will Sullivan spat, zoals gewoonlijk, de energie er weer af waardoor Donar een gaatje slaat naar tien punten verschil 18-8. Als Lucas Steijn zijn schouder erin zet en Bubnic omver kegelt krijgt de laatste een Technische Fout voor flopping. Je moet als scheidsrechter wel heel erg creatief zijn om zoiets te kunnen bedenken. Sullivan knalt met een driepunter de kwartstand op 27-12.

Als Franke, begin tweede kwart, een lay-up mist blijkt zijn onervarenheid. Afstoppen en de tegenstanders tegen je op laten knallen levert vrije worpen op. Nu probeert hij tussen de verdedigers in te scoren, wat jammerlijk mislukt. Mooi is te zien dat Donar de bal sneller rond laat gaan, dan tot nu toe. En scoren in de laatste seconden van een aanval lukt nu ineens ook beter. De ruim 3500 toeschouwers zie de rust aanvangen bij 49-28, gevolgd door een sensationele slingerworp van Erik Weernink, die vanaf de middellijn de bal in de basket laat ploffen bij het pauzespel. Kan hem de reis naar de NBA nog ontgaan?

Na de rust verliest Donar focus. ‘Galery play’ leidt naar missers, zelfs gemiste dunks en een 16 punten winst van Rotterdam in het kwart dat eindigt op 65-48. Het is duidelijk dat Donar in de verdediging een double-teaming op de bal uitprobeert. Soms komt Rotterdam daardoor in grote problemen, andere keren staat een Rotterdamse schutter vogeltje vrij. En dus blijft Theeuwkens zijn drietjes raak paffen. Bij 65-48 eindigt het kwart. Toch duidelijk een lagere stand dan de rust deed vermoeden.

Mooi is de actie van Dourisseau, begin vierde kwart. Een goede steal en een venijnige dunk voor 67-50. Vervolgens worden er over en weer baskets uitgewisseld en eindigt de wedstrijd op 87-66. In die laatste seconden wordt een verre driepunter van Jeter bejubeld en plaatst Franke een steal, waarna hij scoort. De Donarhistoriedag dag wordt beëindigd met een nette overwinning. Daarna gaat menigeen naar het Donar Museum, onder de hoofdtribune. Hulde voor Jeroen Nienhuis, Sander De Jong en medewerkers. Het was weer top om de rijke historie van Donar te kunnen aanschouwen. Zoiets opzetten kost tijd en energie. Niet lullen, maar poetsen dus. Maar dat is Groningers eigen nait woar?

Het is 66-67 met nog 1:15 minuut te spelen. Donar verovert de bal, maar het arbitrale duo geeft het ronde ding toch aan Amsterdam. Bal op de voet, zo heet het. Onzin, maar toch gefloten. Qua arbitrage zit het Donar de hele wedstrijd al niet mee. Het is aan de thuisploeg om de bal alsnog terug te veroveren, hetgeen lukt. De defensieve druk is zo hoog dat het de Amsterdammers niet lukt de bal binnen vijf seconden in te nemen. Bubnic gaat vervolgens niet richting ring (waarom niet?), maar probeert een driepunter. Hij mist. Gelukkig voor Donar verliest Nikki Hulzebos de bal en neemt coach Braal een time out. Nu zal het toch nog goed komen toch? Kwestie van de basket aanvallen, eitje dus. Of een score, of een fout, wedstrijd in de pocket. Maar nee het loopt anders. Jason Dourisseau, de man met welgeteld 1 schamel puntje achter zijn naam, gaat helemaal niet richting de ring. Hij neemt een… driepunter. Mis dus. Nog een paar seconden en nog een time-out. Dus je denkt: het vrije worpen spel gaat beginnen. Maar ook dat niet. Donar maakt veel te laat een fout op een Amsterdamse speler. Nog een vrije worp aan de andere kant en na de Supercup is nu ook het Bekeravontuur voor Donar afgelopen. Eindstand 66-68!

Al gememoreerd: Donar had de scheidsrechters bepaald niet mee. In de rust was de verhouding 17-11 fouten in Gronings nadeel. Uiteraard vindt daarna het grote compenseren plaats en liepen de Amsterdammers in het tweede bedrijf wel tegen de fouten aan, waar ze die eerder niet kregen aangemeten. Toch heeft Donar de nederlaag geheel en al aan zichzelf te wijten. Immers: een groepje Nederlanders uit de hoofdstad tegen de duurbetaalde profs uit Grunn, dan mag het een blamage heten.

Het was volkomen terecht dat 020 het van 050 won. Als je speelt met minder kwaliteit, maar met het mes tussen de tanden, dan dwing je het geluk af. Zo vallen in de tweede helft de 50-50 balls bijna allemaal in handen van de Amsterdammers. Dan zegt het niks meer dat Donar de slag om de rebounds in de rust wint met 22-18. Als het erom gaat pakt Amsterdam elke losse bal, zowat elke rebound en profiteert het van het zeer slordige passwerk van de thuisploeg. Geklungel dat vanaf het begin zichtbaar is. Alsof het een hete oliebol is smijt de thuisploeg de bal in de richting van hun tegenstrevers. Het gevolg is een 1-11 start, waarop het eerste boegeroep hoorbaar is.

Gelukkig is daar Will Sullivan, die net als Sean Cunningham vechtlust toont. Als altijd eigenlijk. Will is een speler die zich altijd het snot voor de ogen verdedigt. Typerend is hoe hij een Amsterdamse guard tot terugspelen op eigen helft dwingt. Ook Franke toont felheid als hij de basket aan begint te vallen voor een gelijke stand van 20-20. Vervolgens dunkt Fieler keihard op de ring en is met nog bijna zeven minuten in het tweede kwart, de vijfde teamfout van Donar al een feit, waardoor de Amsterdammers steeds naar de vrije worplijn mogen bij een volgende fout van de thuisploeg.In het derde kwart zien de 3000 toeschouwers (hoe zit dat met de telling?) een voorbeeld van de invloed die de arbitrage kan hebben. Yannick Franke drivet naar de basket en wordt daarbij hoorbaar op zijn vingers getikt. Iedereen verwacht een fluitsignaal. Als die niet komt staat Max Van Schaik van Apollo alweer klaar voor een vrije driepunter. Dus niet 42-34, maar 40-37.

Ondertussen staat bij Donar de achterdeur open, waar vooral Hulzebos, Groninger is Amsterdamse dienst, van profiteert. Destijds de deur gewezen door Ton Boot, nu met sober en effectief spel goed voor 23 punten. Harde werker Bas Veenstra gooit er nog eens een driepunter in voor 50-52, waarna Chase Fieler in de laatste seconde met een lay-up het kwart laat eindigen op 53-52. Het vierde kwart laat zich samenvatten met de laatste anderhalve minuut waar dit verslag mee is begonnen. Aanstaande donderdag moet Tommy Mason Griffin de reddende engel zijn en moet Bekkering (wat was er met hem?) er weer bij zijn. Nog één prijs te behalen. Niet drie, niet twee, maar eentje. Als ons dat lukt, wordt het juichen in plaats van fluiten. Hoop ik…

Vier jaar achtereen wint Aris op Friese bodem de “Kerstwedstrijd” van Donar. Eindelijk wordt deze klassieker in MartiniPlaza gespeeld en de vraag is op Aris zich wederom zo oppompen kan dat ze victorie numero vijf kunnen bijschrijven.

Voor de gelegenheid hebben mascotte Thunder en het Legacy Dance Team zich in Kerstkledij gehuld. Opvallend is ook de aanwezigheid van de inmiddels ontslagen Ken Brown. Op de bank weliswaar, want spelen zal hij niet. Rest nog een uitwedstrijd in en tegen Weert en dan is het eindelijk vakantie. Waarom eindelijk? Misschien wel omdat de ploeg wel wat rust en bezinning kan gebruiken. Nadere uitleg volgt.

De wedstrijd lijkt goed geconcentreerd te gaan beginnen. Althans de huddle vooraf doet dat vermoeden. Ross Bekkering spreekt de groep vurig toe, dus dat belooft wat. En inderdaad: Cunningham knalt meteen een driepunter raak, gevolgd door een driedubbele Rietberger van Dourisseau voor 5-0. Vervolgens maakt Javier Duren een overtreding door op eigen helft terug te spelen, daartoe gedwongen door de strakke defense van Donar. Er worden wat baskets uitgewisseld en zo eindigt het kwart op 17-11. Opvallend is de houding van Yannick Franke. Lijdt hij onder het vertrek van Brown, of is er iets anders aan de hand? Zijn schouders hangen en zo speelt hij ook. Opvallende actie: hij mist een lay-up, reclameert bij scheidsrechter Zwiep en mist vervolgens zijn volgende lay-up. Verderop in de wedstrijd mist hij schoten, lijdt balverliezen, produceert hij een airball, loopt op een block en mist wederom een lay-up. Kortom: de vakantie komt voor hem geen dag te vroeg. Bijtanken, mentaal ook.

In het tweede kwart lukt het Donar maar niet om te scoren. Zal Aris stunten vandaag? Het is potverdikkie toch ineens 17-17. Maar Bekkering en Bubnic spelen niet erg opvallend, maar wel bijzonder nuttig. Hier een rebound, daar een putback, even een steal, al die kleine dingen die Donar weer laat uitlopen. Chase Fieler plaatst bovendien een venijnige dunk voor 38-26.

In de rust is er een mooi optreden van Kids United, ondersteund met het Legacy Dance Team. Het plezier straalt er af.

Jason Dourisseau laat zien dat als het schot niet valt, je de basket aan moet vallen. Vervolgens gooit Bekkering de bal tegen het bord, vangt zijn eigen bal en scoort (41-26). Vervelend voor JD is dat Javier Duren bij het innemen van de bal het tuig knalhard in zijn kruis gooit. Dexter Hope herstelt zich van een onzekere eerste helft en gaat zich met scoren bemoeien.  Zijn driepunter en een score van Dourisseau laten het derde kwart op 58-32 eindigen. Wat dus inhoudt dat Aris niet meer dan 6 puntjes in dit kwart heeft weten te scoren.

Na een fraaie breakdance-act start het laatste kwart met een kamikaze-actie van Bubnic en Cunningham richting speelvloer om de bal te veroveren. Twee driepunters van Sullivan en JD brengen de stand op 64-32. Aris gedubbeld dus. Helaas valt Sullivan uit met een rugblessure. De wedstrijd is gespeeld en dus krijgt Skip Samson speeltijd, later gevolgd door Nick Nieboer. Tot slot plaatst Chase Fieler een steal, plus een snoeiharde dunk en wint Donar met 76-45.

Goed was het niet. Daarvoor werden er te veel slordigheden begaan. Gewerkt werd er wel. Maar nog steeds: de man die de lijnen uitzet ontbreekt. Zal Tommy Mason-Griffin die man zijn? Laten we van het positieve scenario uitgaan. En dus: tot ziens, prettige jaarwisseling en tot DONAR!

Donar tegen SPM Shoeters is de wedstrijd van de time-out. Met nog luttele seconden op de klok en een onoverbrugbare achterstand neemt Donar-coach Erik Braal een time-out. Dit nadat de rommelige wedstrijd bijna ten einde is en het geknoei op het veld zeer aan de ogen heeft gedaan. De time-out wordt met een luid boegeroep ontvangen en een behoorlijke groep supporters is inmiddels bij de uitgang gaan staan. Waaraan heeft het publiek dit nodeloze oponthoud verdiend?

Voorafgaand aan de wedstrijd is de spanning voelbaar. Ziggo Sport is aanwezig, er hangt een batterij discolampen aan het plafond, mascotte Thunder blijkt gekrompen, SPM mist Ralf De Pagter, Donar-kampioen Matthew Otten assisteert coach Jones en Maarten Bouwknecht krijgt een bescheiden applausje van een aantal supporters en de Donar-ploeg wordt door een vlammenzee verwelkomd als ze het veld op komen.

Is het mogelijk een mooi verslag van deze wedstrijd te schrijven, vraag ik mij af. Een wedstrijd met bijna 50 gefloten fouten. Veel van die fouten zijn terecht, maar een aantal zijn futiliteiten. Ze halen de flow uit de wedstrijd, het kijkspel lijdt eronder. Erger is dat er ook nogal wat duw- en trekwerk juist niet wordt bestraft. Want fysiek is het spel. Te fysiek soms. Jason Dourisseau valt daardoor met zijn hoofd op de grond en komt gelukkig later terug met een pleister boven zijn oog. Marcel Aarts heeft maar een opdracht, rommelen, duwen en dus zijn vijfde fout ophalen. Toch moet je het coach Jones nageven, het is deze agressiviteit waardoor Den Bosch de wedstrijd naar zich toe trekt.

In het eerste kwart blijven beide ploegen dicht bij elkaar. Tegenvaller is dat Buba Bubnic al gauw tegen zijn tweede fout aanloopt. Normaliter haalt een coach zo’n speler naar de kant, maar hij mag blijven staan en haalt zijn derde fout op. Ook opvallend: hij staat helemaal vrij onder de Bossche basket en hoeft de bal maar te ontvangen om die erin te leggen. Ken Brown ziet hem wel, maar negeert de center en schiet zelf. Mis. Dat doet Slagter aan de overkant beter: 12-19 eind eerste kwart.

Het tweede kwart start met een Groningse driepunter van Lietmeijer: 12-22. De hardwerkende Chase Fieler doet hem dat gelukkig na. Dan volgt er een periode dat Donar de defense aantrekt, waardoor Leon Williams van SPM de bal radeloos weggooit en Aarts tot een loopovertreding wordt gedwongen. Ondertussen reboundt Chase Fieler dat het een aard heeft. De rust wordt bereikt bij 25-33, wat betekent dat het in de verdediging van Donar wel goed zit, maar dat de statische aanval een stuk beter moet.

De 2.660 toeschouwers zien inderdaad een mooi aanvallend begin, waardoor de stand naar 35-33 wordt getild. Juist als Dexter Hope op de point staat is er meer variëteit in de aanval, dan wanneer Brown dat doet. Zijn driepunter brengt Donar zelfs op 43-39. Opvallende was de score van Chase Fieler in eigen basket. Er is een klein gaatje in de stand in het voordeel van Donar als er tot twee maal toe dom balverlies wordt geleden. Weg is de voorsprong, het derde kwart eindigt op 49-50.

Wederom wordt Yannick Franke topscorer bij Donar, maar de onervarenheid op dit niveau blijkt ook geregeld uit blocks op zijn schoten en balverliezen die hij lijdt. Kun je hem dit kwalijk nemen? Ik meen van niet. De Donar-aanval is te veel een freelance verhaal, waardoor hij nogal eens gedwongen wordt tot noodschoten en onmogelijke drives. Veel meer ervaring heeft Stefan Wessels die zijn Den Bosch naar een verdiende 63-71 overwinning schiet. En dan volgt er een time-out….

Mijn laatste zin in het programmaboekje van vanavond is “dat in basketbal alles mogelijk is. Geldt dat ook voor vanavond? Zo ja, dan bent u er bij!”
Allereerst: koop dat boekje. Niet om mij een plezier te doen, maar je steunt je club ermee!
Maar goed: alles is dus mogelijk! In een fantastische wedstrijd wint Donar voor de tweede maal in de Fiba Europecup! Met de eindstand 77-75.

Vooraf is het duidelijk: MartiniPlaza is de Donardome. Groot staat het op het acquarium, a.k.a. de businessruimte: #DONAR. De banners van Cunningham en de nieuwe speler Drazen Bubnic hangen in de nok, dertig Franse Belgen zitten klaar op de tribune, compleet met spandoek, waarop “Les Tamboureux De L’Union” te lezen is. Verder is Ziggo Sport aanwezig, lopen bondscoach Van Helfteren en oud-Donarcoach Pinas in de zaal en het belangrijkste: assistentcoach Anjo Mekel is hersteld van zijn ziekte.

Het eerste kwart start lekker met een knetterdunk van Ross Bekkering, waarbij hij nog even nazwaait aan de ring. De blonde Nederlandse Canadees reboundt zich ook een slag in de rondte. Met een driepunter loopt Donar een klein eindje uit naar 9-5. Met nog vier minuten te gaan komt Drazen Bubnic voor het eerst in het veld. Hij beweegt goed, is fel en leidt geen balverlies in de bucket als hij een drive naar de basket maakt. Bij 18-14 komt mascotte Thunder, verkleed als Sinterklaas het veld in, vergezeld door het Legacy Dance Team. Als een ouderwetse gabber zet hij een hakkuhh-dansje in. Strak man!

In het tweede kwart blijft de verdediging van Donar stevig. Bubnic laat van zich spreken met vrije worpen en een dunk (23-14), maar dissonant blijven de balverliezen van Ken Brown. Tot ongenoegen van een scherp en fanatiek coachende Erik Braal. Als de mannen in het veld in de verdediging niet scherp genoeg zijn schreeuwt hij “handen, handen, handen!” het veld in. Ook krijgt Brown geweldig op zijn falie als hij weer een turnover produceert. De gebaren van de coach laten duidelijk zien dat de speler zijn verstand eens moet gaan gebruiken. Hij wordt vervangen door Dexter Hope, die prima speelt, waar Will Sullivan eigenlijk iets meer speeltijd verdient. Rust: 41-34.

Maar dan gebeurt waar de 2550 toeschouwers voor vrezen: de Belgische topploeg gaat de duimschroeven aandraaien, zodat Donar er niet meer door komt. En inderdaad, de stand komt op 43-44. Later in het kwart komen bovendien de lange mannen Bekkering en Bubnic op vier persoonlijke fouten. Toch loopt Mons niet weg. Het wordt 54-55, 56-55 tot de mooiste actie van de wedstrijd: Yannick Franke plaatst een schitterend afgemeten stuitpass tussen de tegenstanders door op Drazen Bubnic, die afrondt. Het kwart eindigt op 60-57.

Het vierde kwart start met de vierde fout van Fieler, waardoor alle lange basisspelers voorzichtig moeten zijn in de defensie. En dus gaat Bas Veenstra minuten maken. Het blijft een puntje-puntje wedstrijd: 60-61, 62-61, 62-63, 65-66 richting 68-73. En zo lijkt het dan toch mis te gaan voor de thuisploeg. Het wordt 70-73 en die stand blijft lange tijd op het scorebord staan. Yannick Franke, die niet altijd gelukkig speelt in deze wedstrijd laat dan ineens het schot los waar hij bekend om staat. Zijn driepunter ploft in het netje voor een gelijke stand. Fieler begaat dan een fout. De vrije worpen worden door Mons benut. Hetzelfde doet Franke aan de overkant. Ook zijn vrije worpen gaan er feilloos in. De stand is 75-75. Nog steeds zijn er een aantal seconden te spelen en Donar heeft de bal. Nu scoren gaat de wedstrijd beslissen. Jason Dourisseau neemt de verantwoordelijkheid en schiet van ver. Mis! Verlenging? Nee, uit een kluwen van speler komt “Buba” Bubnic met de bal te voorschijn. Hij frommelt de bal er van dichtbij in. Kan het mooier? Je debuut maken en de gamewinner erin leggen?

In basketbal is alles mogelijk, zoveel is duidelijk. Dit is sport, dit is emotie, dit is Donar. Dankzij de fans en shirtsponsor Bossers en Cnossen hebben we van Europacupbasketbal mogen genieten. Twee keer winst, vooraf had ik er voor getekend. Tot ziens, tot DONAR!

Jan Weeber

Eindelijk is het weer eens zo ver: een weekeindwedstrijd van Donar. De kraker tegen ZZ Leiden ook nog en dus vertrekken 2960 toeschouwers richting MartiniPlaza. Zij zien dat assistent-coach Anjo Mekel nog steeds afwezig is, wegens ziekte. Vanaf hier: sterkte en word snel beter Anjo. Zijn taak wordt waargenomen door teammanager Hans Besselink en in de rust door Chase Fieler. De Amerikaan loopt er al weer redelijk soepel bij, maar dat is nog niet genoeg om te spelen. Het is prachtig om te zien hoe hij en Erik Braal op een tekenbord de strategie voor de tweede helft aan het uittekenen zijn. Dat er wat veranderen moet, zoveel is overduidelijk, waarover later meer.

Donar start de wedstrijd met een kleine opstelling (alleen Bekkering als lange man) tegenover de grote opstelling van ZZ Leiden (Van Der List en Kerrazi). Opvallend: in het Leidsch dagblad klaagde Rogier Janssen nog over een pijnlijke rug, toch start hij. Aan de zijde van Kasper Averink, die in de regel Janssen vervangt.

Donar gaat furieus van start met een drietje van Brown en een double-teaming op de bal in de defense. Toch weet Van Der List te antwoorden met een driepunter, die vervolgens weer nagedaan wordt door Jason Dourisseau (6-3). Als het in de Donaraanval wel heel erg slordig wordt vlucht Erik Braal in een time out. Even komt Garrick Sherman in het veld en wordt in de aanval meteen door twee Leidenaren op de armen gemept. Geen scheidsrechter die het ziet. Ondertussen laat Thomas Koenis zien waarom hij destijds bij Donar speelde. Werken kan hij als de beste, dus het is als van ouds: rebounds grijpen, puntige dunkjes en second chances benutten. De andere oud-Donarspeler Jansen haalt maar weer eens een Technische fout op (what’s new?), maar balverlies op balverlies aan Donarzijde veroorzaakt dat ZZ het eerste kwart met 11-17 afsluit.

Het tweede kwart begint met een fantastisch blok van Bekkering op Stutz van Leiden. Sullivan speelt als altijd de longen uit zijn lijf en Bas Veenstra knalt er een driepunter in voor 18-19. En dus komt Donar dichterbij. Dat wordt bezegeld met een driepunter van Yannick Frank voor 23-23. En weer zien de scheidsrechters `wel de kleine overtredingen, maar missen de beuk die Franke op zijn oor krijgt. Gelukkig zien ze wel de ram van Van Der List op Sherman. Die laatste schiet zijn vrije worpen uiterst vlak. Thomas Koenis besluit het kwart met een score en bonus: 27-30.

In de rust blijkt dat de Live Stats het wederom niet doen. Wat is daar toch mee aan de hand en waarom wordt dat niet opgelost? Gelukkig geeft speaker Martin Kuizinga toch nog enige informatie: rebounds 18-20, assists 5-5 en steals 3-6. Het zegt waarom Donar nipt achter staat. Maar ook dat er nog niks verloren is. . Zorgelijk is dat de “fifty-fifty-balls” steevast in Leidse handen vallen. Daar moet met inzet iets aan te doen zijn.

Donar moet in het begin van het derde kwart de schade repareren (hetgeen, zoals gemeld door Braal en Fieler gevisualiseerd wordt op een tekenbord) en doet dat: Franke, Bekkering en Sullivan brengen de stand op 33-30. Maar daar is het drietje van Jansen weer en de stand is gelijk. Dezelfde speler begaat een onsportieve fout waarna Bekkering de stand weer in Gronings voordeel brengt (40-39). Hetgeen gevolg wordt door een weergaloze cross-over van Brown, hij penetreert de zone, brengt de bal naar buiten, waarna de goed schietende Sullivan vanuit de hoek van het veld de stand op 43-39 brengt, met wederom een driepunter. Ondertussen lijdt Franke af en toe knullig balverlies, maar compenseert dit met zijn schoten van ver. Wederom ontvangt hij een klap in het gezicht (inderdaad, geen call), maar scoort wel.

Het vierde kwart vangt aan bij 55-48 en dus moet Donar deze voorsprong koesteren. Dat gaat moeizaam als DeRonn Scott zich met de score gaat bemoeien (58-56). Opvallend is dat JD aan Donarzijde meerdere gemakkelijke lay-ups over en uit de ring ziet draaien. Gelukkig dwingt de thuisploeg de gasten tot het overtreden van de 24-secondenklok. Dat maakt dat de druk op de Leidse ploeg groter wordt naarmate de wedstrijd vordert. Dourisseau dunkt en Brown plaatst een steal, waardoor het gat tussen beide teams voor het eerst tien punten bedraagt (69-59). Even is het bibberen als JD een driepunter mist en Van Der List aan de overkant het drietje op platte voeten juist wel in het netje laat ploffen (69-64). Coach Braal laat het publiek vervolgens weten dat het “nu of nooit” is. De bijna 3000 fans reageren, zoals de coach het zich wenst. Het gejuich is oorverdovend als Donar door kan gaan in de richting van een mooie 77-66 overwinning.

Het was, resumerend, een wedstrijd van twee gezichten: niet best voor de rust en de revanche in het tweede bedrijf. Hoe je het ook beschouwt: Donar werkte zich hardvochtig richting de zege en laat dat nu juist zijn wat wij, Groningers, graag zien!

Tot ziens, tot DONAR!

Jan Weeber

Het Donarmuseum (www.donarmuseum.nl) bevat een schat aan wetenswaardigheden. Zo vind je daar dat ons aller Donar, toen gesponsord door het grote Nationale Nederlanden, won -ik bedoel, wij hadden meer punten dan zij!- van ASVEL Villeurbanne! 90-82 zeggen de cijfers! In het jaar 1974 wel te verstaan. Een paar dagen voor het feest van Sinterklaas en zijn hulpje, dat destijds nog niet door discussies was omgeven, nam de Franse ploeg weliswaar wraak in het land van Le Coq Sportiv, maar die ene overwinning staat toch maar mooi in de boeken. En dat dank zijn korfbalcoach (in dat wereldje een grote naam destijds) Hans Perrier. Hij had de volgende spelers onder zijn hoede: Ton Nederhoed, Leo Wubbolt, Arend Jan Julius, Renso Zwiers, Rene Lieveld, Jos Timmer, Jan Kamman, Fred Burggraeff en Wim Van Aalderen. Buitenlanders waren er ook. Allereerst Dragutin “Misko” Cermak, Joegoslaaf en international, die het seizoen daarvoor Levi’s Flamingo’s naar huis pafte met, ik meen, 35 punten. Het NND logo, dat ook op mooie stickers verscheen, toonde een oranjebal en de handen en armen van Misko, kortom de man had status! De grote vriendelijke reus Fred DeVaughn was ook gebleven. Met zijn baby-hookjes en het schot van onder de eigen basket, rechtstreeks in die aan de overkant. Zo halverwege het seizoen gebeurde Cermak wat niemand zich wenst: men vond hem plots niet meer bij DeVaughn passen. De getergde en teleurgestelde grootheid keek eerst nog wat wedstrijdjes toe, maar ruimde toch maar het veld. Zijn vervanger, David Walker, bleek een goeie…

Inmiddels zijn de bordjes verhangen. Tony Parker senior, ooit spelend voor Parker Leiden, was papa geworden. Heel creatief hadden hij en zijn eega de pasgeborene Tony genoemd. Junior wel te verstaan. Four time NBA champion with the San Antonio Spurs, one time NBA Finals MVP en nu… eigenaar van ASVEL Villeurbanne. Waar het bestuur van Donar goede zaken doet en een sponsorbudget realiseert dat zich kan meten met Den Bosch en Leiden, daar kijkt men niet op een miljoentje meer of minder in het Franse. Naar verluidt: heeft men zeven maal het bedrag van Donar te besteden. Daar moet Donar vanavond dus tegen aantreden. Bij voorbaat een ongelijke, oneerlijke strijd, zo wordt alom voorspeld. Zou dat zo zijn? En dus niet 1974 rivisited?

Het antwoord is snel gegeven: Asvel was inderdaad een maatje te groot, of twee, of drie, of… en ga zo maar door. Eindstand 66-85.
Bij het inspelen was al te zien dat er enig, nou ja enig, verschil was in lengte en gewicht. In de ploeg bevinden zich bovendien twee heuse NBA’ers: Andersen (niet gespeeld) en Watkins (des te meer). Bij Donar ontbrak Fieler (niet meer op krukken) en was het bloempotkapsel en sikje van Sean Cunningham terug. Donar deelde vaantjes uit aan de Fransen en de trommelaars waren weer nadrukkelijk aanwezig.

Donar ging voortvarend van start. Zo passte Sullivan op de invliegende Bekkering, die de wedstrijdstand opende voor 2-0, gevolgd door scores van Dourisseau en wederom Bekkering: 6-0. Maar toen ging de voormalig speler van Sacramento Kings Darryl “Finesse” Watkins met de score bemoeien. Een hookshotje en een paar dunkjes verder stond Asvel weer voor. De Franse ploeg schroefde de verdedigende druk op, waardoor Donar het schot niet meer vrij kreeg. Het bleef maar passen en passen, maar een “open look” was niet te vinden. Zelf swingden ze de bal rond alsof het een groupie was. Het kwart eindigde daarom op 11-21 voor Asvel.

De, tot nu toe, ongelukkig spelende Garrick Sherman kwam in het veld. Hij kwam redelijk uit de verf. Blijkbaar weet de ploeg nu hoe hij aangespeeld moet worden: rechtstreeks en zo dat hij ook nog gedwongen wordt te dribbelen. Dat laatste levert immers steevast balverlies op. Nu kon hij steeds rechtstreeks omhoog voor het schot en dat leverde nuttige scores op en een applaus toen hij weer even zitten mocht.
Toch bleef het dweilen met de kraan open in de defense. De lengte en het gewicht in de low post leverde zoveel gevaar op voor Donar, dat het verdedigen rond de perimeter er niet meer van kwam. En dus regende het rake driepunters. Rust 24-41.

Het derde kwart werd aangevangen met de wetenschap dat Donar het aantal turnovers drastisch diende te verminderen en het schotpercentage omhoog moest. Een onmogelijke opdracht tegen zoveel overmacht. Brutaal knalde Yannick Franke een aantal driepunters raak, gevolgd door een airball van JD. Hij heeft nu eenmaal zoveel aanlegtijd nodig dat je in die tijd rustig een kopje koffie zetten kunt. Maar Donar vocht en vocht en jawel, het won het derde kwart met 24-20. Dat nam niet weg dat de stand op 48-61 was gekomen. Eén der scheidsen voelde de sfeer goed aan door een dikke duim omhoog te houden voor het optreden van Mini Thunder.

In het laatste kwart bleek maar weer eens dat Ken Brown beter in de rol van off-guard zou kunnen functioneren. Als spelverdeler loopt hij zich gewoon te vaak vast. Dan weer een drive tussen de hoge bomen onder het bord, dan weer een schot terwijl anderen er beter voor staan, dan weer veel te lang doordribbelen, het is duidelijk, hij heeft wel zo zijn bijdrage, maar maakt niemand beter. Donar komt in het laatste kwart vrijwel niet meer tot scoren, al blijft Bekkering doorvechten. Hij kan het niveau wel aan, zoveel is duidelijk. Zijn 21 punten en rebounds spreken boekdelen. En de 14 punten van jonkie Franke liegt er ook niet om. JD eindigt op 12 en Sherman op 10. De nederlaag was verwacht, maar het applaus achteraf was volkomen terecht. Heerlijk om eens een on-Nederlands niveau te mogen aanschouwen.

De volgende Donar In De Kantlijn verschijnt na de wedstrijd tegen ZZ Leiden. Kortom, deze rubriek gaat gewoon door. Maar wie meer van mijn hand wil lezen, koop de volgende keer het programmaboekje. U steunt er uw club mee! Tot ziens, tot DONAR!

Jan Weeber

Op zaterdag jongstleden speelde Donar in en tegen Den Bosch. Zo goed als het spel verliep in de wedstrijd tegen Egis, zo slecht kwam Donar uit de startblokken tegen SPM. Een karrenvracht aan turnovers, verprutste kansen, een laag schotpercentage aan Donar-kant en het aloude schot van Akerboom zette Donar meteen op tien punten verschil (22-12).

Het tweede kwart leverde boerenkoolbasketbal van de bovenste plank op. Eerst werd Sherman wederom op de mond geraakt, waarna hij tijdelijk uitviel. Met een strakke en effectieve defense maakte SPM het spel traag en stroperig. Toch lukte het Donar tot vijf punten terug te komen, ondanks het wederom zeer slordige spel. De rust kwam bij 37-30.

In het derde kwart kwam Donar met werkbasketbal terug in de wedstrijd (37-37). Vervolgens mocht De Pagter een flikflak en een dubbele Rietberger in de bucket maken zonder loopovertreding. Daarna schoten Lietmeijer en Bouwknecht (ze hebben dus toch heel even in het veld gestaan) de Bosschenaren naar 55-49.

Kortom, een reguliere nederlaag en dat baart mij zorgen. Er werd namelijk wel degelijk als team gespeeld, maar in de aanval komt de ploeg simpelweg te kort. De ploeg grossierde in turnovers. Je zag aan het rondpassen dat Den Bosch er bijna constant tussen kon komen. Waar was het creërend vermogen van “floorgeneral” Brown (4 assists, maar 5 turnovers)? Bekkering moest wederom veel te veel werk doen onder de borden, terwijl Sherman onhandig bleef proberen er iets van te maken. Zou het onzekere schieten van Donar voortkomen uit de angst dat een mogelijke misser niet wordt afgevangen? Eindstand 78-59 in deze “topper”.. gaap…

Bij TV Noord geeft Erik Braal aan dat hij druk in overleg is met Ken Brown. Hem moet geleerd worden de bal te delen en in teamverband te gaan spelen. Je zou denken dat een speler, die eerder in Europa speelde, dat allang kan. Braal staat hier derhalve voor een uitdaging waarbij hij zijn talent aan den volke kan etaleren, daar het hier wel eens om een karakterverandering zou kunnen gaan bij Brown.

Inmiddels is Sean Cunningham in Nederland gearriveerd. Garrick Sherman blijkt nog niet honderd procent fit. Coach Braal verwacht nog het één en ander van de center van het jaar in Georgië. Hij vertelt dat Sherman wel degelijk medisch is goedgekeurd bij aankomst, maar op de training een knieblessure opliep, die hem ver terugwierp. Hij verwacht ook dat het goed komt met het teamproces. Hij prijst de instelling van Samson en Nieboer. Geërgerd reageert hij op een Tweet van Glenn Pinas, waarin deze stelt dat het voor het eerst is dat een groep Nederlanders het wint van een groep Amerikanen. Een constatering, waarbij men zich afvraagt of dit een trend wordt. Braal geeft aan dat ASVEL, de tegenstander van dinsdag in de Europacup, een begroting van 7 miljoen heeft. Het spelniveau zal navenant zijn. Donar heeft derhalve niks te verliezen en kan vrijuit spelen. Ik ga kijken, jullie ook? Tot ziens, tot DONAR!

Jan Weeber