Coach Erik Braal begon zijn coachcarrière als fulltime jeugdtrainer bij Rotterdam, was daar vervolgens vier jaar coach, en werkte daarna drie jaar bij Bergen op Zoom, nam een sabbatical, coachte twee jaar in Leeuwarden en was ruim een jaar hoofdcoach in Oostenrijk, bij Redwell Gunners uit Oberwart. Braal, die ook als assistent-bondscoach bij het damesteam actief was, stippelde zijn loopbaan nauwkeurig uit.
Braal begon zijn betoog dan ook met een opmerking in die richting. “Ik was toe aan een topclub in Nederland. Ik wil dolgraag een winning record in Nederland. Dat heb ik momenteel niet en daar is het tijd voor. Het is geen bewuste keuze om nu naar Donar te komen. Alles was in lijn om een derde seizoen in Oostenrijk te beginnen, de optie in het contract was ook bewust gelicht. Maar er waren wat omstandigheden gewijzigd, waardoor bepaalde zaken uit het contract niet meer werden nagekomen. Dat is vooral een vervelende
situatie voor de jongens in het team. Ik ben toen gaan rondkijken.”
Ook lekker
In 2010 had Braal al eens de mogelijkheid om bij Den Bosch aan de slag te gaan, maar koos toen mede op advies van oud-Donar-coach Ton Boot voor een sabbatical om zijn horizon te verbreden. “Daarna diende zich geen Nederlandse topclub aan en ik ben dolblij dat ik nu wel op een ander niveau in Nederland aan de slag kan.”
Een Europees avontuur is daarbij een mogelijke bonus na zijn buitenlandse ervaring als assistent van de Oranje-dames en recentelijk in de Oostenrijk. “Ook zonder de kers van Europees basketbal is de taart lekker in Groningen. Maar het zou wel iets extra’s betekenen. Het is mijn ambitie om met een Nederlands team in Europa actief te zijn. In onze voorbereiding (september – red.) zullen we er alles aan doen onze eerste prijs (Super Cup) te pakken in Den Bosch op 4 oktober.”
Topteam
De prijzenkast werd de afgelopen seizoenen gevuld met twee prijzen per jaar en daar moeten in de komende twee jaar meer beker bij komen te staan. “Je mag van een topteam verlangen dat er prijzen gepakt worden. We willen de lijn van de laatste jaren zeker voortzetten. Daar ben ik voor aangetrokken. Als we Europees gaan spelen, is het winnen van de hoofdprijs geen reëel doel maar zullen we wel zoveel mogelijk wedstrijden willen winnen.”
Braal, die in MartiniPlaza ooit één duel wist te winnen met Rotterdam, verheugt zich op het werken bij de club met een ‘on-Nederlandse sfeer’. “Ik heb de club door de jaren heen met zeer veel belangstelling gevolgd. Er is een fantastische fanbase en entertainment en beleving rond de wedstrijden die on-Nederlands is. Ook heeft in Groningen een rijtje fantastische coaches gewerkt die prijzen hebben gepakt (Boot, Van den Berg, Skelin – red.). Aan mij de taak die lijn door te trekken.”
Tweedeling
Vanuit Oostenrijk heeft Braal de Nederlandse competitie gevolgd. “Ik wil niet zeggen ‘op de voet gevolgd’, maar ik ken veel mensen en bestuurders in Nederland en kan met hen vaak goed door één deur. Ik ken niet alles ‘ins en outs’, maar weet voldoende om een goede achtergrond te hebben om aan de slag te gaan. De Oostenrijkse competitie is gelijkmatiger dan in Nederland, waar je helaas een soort tweedeling hebt tussen de topclubs en de rest. Wij werden afgelopen jaar zevende (van de tien – red.) maar hadden evenveel gewonnen als verloren. Als nummer zeven konden we zomaar van de nummer één winnen. Dat is in Nederland haast ondenkbaar. In Oostenrijk moest je dus elke wedstrijd aan de bak.”
Ambitie
Het programma voor de komende periode ziet er als volgt uit: “Het is aan Martin de Vries en mij eerst de taak een competitief team op de vloer te hebben en spelers te laten tekenen. Daarna de rest rond de trainingen en het spelen van wedstrijden organiseren. Daarbij hopen we de ambitie Europees te gaan spelen waar te maken. Ik vind het leuk om met jonge spelers te werken. Ze geven extra energie. Bij een topclubs is het een eis wedstrijden te winnen en ook jonge spelen moeten aan die norm en het niveau zien te voldoen.”
“De kernwaarden binnen mijn teams zijn dat er zowel in de discipline als in de uitvoering een team staan, zowel aanvallend als verdedigend. En is houd van individueel talent binnen het team. Ik denk dat je daarmee finales kunt winnen. Door individuen die beslissingen en verantwoordelijkheid nemen. Hard verdedigen, eenheid en veerkracht zijn belangrijk. Dus nooit de koppies laten hangen en ik denk dat dat aansluit bij de club Donar en haar achterban.”
Kilometers
Braal hoeft niet meer op zoek naar woonruimte, want heeft in zijn tijd als coach bij Aris in Leeuwarden een huis in Grou betrokken, dat hij de afgelopen twee jaar heeft aangehouden met het oog op een toekomstige terugkeer in Nederland. Dat hij dagelijks een slordige zeventig kilometer op en neer moet rijden naar Groningen, neemt Braal op de koop toe. “Het is maar veertig minuten met de auto,” rekent Braal voor.
Geen reacties